Maandagavond, 20.00 uur. Hij zit naast me op de bank en kijkt me aan met die droomogen van hem waar ik na al die tijd nog steeds trillende knieën van krijg. Ik weet wat hij gaat zeggen. En ik weet ook dat het het beste is.
'Het is beter dat we er mee stoppen. Beter voor mij, maar vooral beter voor jou'. En hij heeft gelijk, hij heeft echt helemaal gelijk. Alles in zijn hoofd is veel te onrustig om zich op het hebben en onderhouden van een stabiele vaste relatie te kunnen concentreren. Ik hoor zijn woorden aan, stem ermee in, ik wéét dat hij gelijk heeft. Verstandelijk voel ik het ook zo. Op sommige momenten kwetst hij me teveel; ik kan daar niet tegen en hij weet dat hij het niet zal kunnen stoppen, omdat het iets in hem zélf is. Het heeft niets met mij te maken.
Maar mijn hart...daar gaat op datzelfde ogenblik een steek doorheen. Iets in me schreeuwt: "Laten we ervoor vechten, het is toch nog lang niet te laat!" Wat kan mij het schelen dat je geen baan hebt, geen geld verdient en me niks materieëls kunt bieden, dat interesseert me helemaal geen fuck. Het maakt me niet uit dat je je plekje in het leven nog niet helemaal hebt gevonden en dat je je eigen ik nog moet gaan ontdekken, want ik hou toch wel van je zoals je nu bent.
Maar ik zeg het niet. Ik dénk het alleen. Omdat ik het mijn strot niet uitkrijg, en omdat ik weet dat hij het toch anders ziet. Het heeft geen zin om het te zeggen.
Hij vertrekt, ik blijf alleen in mijn flat achter en als ik mijn halve pakje sigaretten leeggerookt heb, besluit ik naar mijn beste vriendin te gaan. Na daar wat gepraat te hebben, keer ik naar huis terug, het is inmiddels al na enen 's nachts. Ik ga achter mijn laptop zitten met de zoveelste sigaret van die avond. Na lang nadenken stuur ik hem een "afscheids-sms". Hij belt me vlak daarna, we hangen tweeënhalf uur aan de lijn en hebben het meest open gesprek dat we ooit gehad hebben. Hij wil van me leren, zegt hij, ondanks dat het nu uit is, en ik zeg dat dat mag. Een beetje verward hang ik uiteindelijk op, ik kijk op de klok en zie tot mijn verbijstering dat het al half 5 in de ochtend is. Blij dat ik morgen niks te doen heb.
HET IS BETER ZO. Al duizend keer heb ik het tegen mezelf gezegd de afgelopen dagen. Maar waarom werkt mijn gevoel dan niet mee? Waarom mis ik hem zo en wil ik het liefst dat hij weer bij me is, ondanks dat het af en toe zo'n onhandelbare etter kan zijn dat ik hem met liefde zijn strot omdraai? Waarom krijg ik elke keer een stuip als mijn telefoon gaat in de hoop dat hij het is? Waarom schrik ik iedere keer als de voordeurbel gaat, terwijl ik eigenlijk wel wéét dat hij toch niet voor mijn deur zal staan?
Weet ik veel, ik weet het gewoon niet, ik weet alleen dat ik van hem hou en dat ik verlang naar zijn gezicht, zijn ogen, zijn lichaam, zijn stem, zijn lach, zijn kus, zijn armen, zijn hele persoonlijkheid. Al schreeuw ik nog zo hard dat het zo beter is, ik mis hem gewoon. Meer kan ik er ook niet over zeggen. Gevoel valt nou eenmaal lang niet altijd te beredeneren.
Als ik naar mijn verstand luister, dan gaat het eigenlijk wel redelijk met me. Maar als ik mijn gevoel laat spreken, dan wordt het een chaos en zou ik hem het liefst weer vast willen houden, zijn warme lijf tegen dat van mij, hem mee willen nemen naar een wereld die hij nog niet kent, hem dingen laten zien en leren die hij nog nooit meegemaakt heeft. Pak mijn hand maar, ik laat het je wel zien. Je mag van me leren - graag zelfs!
Maandagavond, 20.00 uur. Hij zit naast me op de bank en kijkt me aan met die droomogen van hem waar ik na al die tijd nog steeds trillende knieën van krijg. Ik weet wat hij gaat zeggen. En ik weet ook dat het het beste is. Maar twee dagen later werkt mijn gevoel nog steeds voor geen milimeter mee...
komt bekent voor
Ik weet wat je nu doormaakt heb het zelf ook. Sterkte